Alfa Rio: eindelijk in ere hersteld!
Na meer dan 30 jaar stilstand eindelijk weer in ere hersteld!
Het leek aanvankelijk een hachelijke onderneming: een auto (technisch) restaureren die zowel door het publiek als door de fabriek zelf vergeten, verguisd en verbannen werd. Het overkwam de Alfa Romeo Rio. Ooit gebouwd in Brazilië en daarna tegen wil en dank mondjesmaat in Europa gedumpt waar hij nauwelijks verkocht werd ofwel meteen gekannibaliseerd werd voor onderdelen voor ‘interessantere’ modellen.
Dit dappere exemplaar (uit 1984 op het kenteken) had als één van de weinigen geluk en belandde keer op keer bij verzamelaars. Hij bracht echter het grootste deel van zijn leven door in garages en schuren, waardoor het motorblok muurvast kwam te zitten, evenals de remmen trouwens. De jaren kropen voorbij en niemand die er werkelijk aan durfde of wilde beginnen. De afwezigheid van ‘GAIK’ platen gaf wel aan hoe lang hij al geen APK-station van binnen had gezien. Het zag er somber uit…
Totdat hij in handen kwam van de excentrieke en eigenzinnige autoliefhebber Toni Bienemann. Dankzij hem konden we de Rio afgelopen zomer al bewonderen op het jubileumevenement van ‘verschoppelingenclub’ Elk Merk Waardig en daarna ging hij direct op de trailer richting Classic Paradise, waar hij nu eindelijk na al die jaren de technische aandacht krijgt die hij verdient.
Wij vonden het een zeer nobele opdracht, echter geen makkelijke opgave, aangezien onderdelen zeer schaars zijn en documentatie al helemaal. Doch met veel geduld, zoekwerk, vakmanschap én liefde lukte het om alles los te krijgen en de meeste onderdelen bij elkaar te sprokkelen.
Zuigers en bussen bleken gelukkig nog goed, zuigerveren waren nog verkrijgbaar via een Nederlands bedrijf en ook koppeling, keerringen en koppakking werd opgespoord. Sommige pakkingen zullen we zelf moeten gaan maken. De cilinderkop is net terug van het revisiebedrijf, dat hem heeft afgeperst, gevlakt en goed bevonden.
In het motorblok trof Job een ontstellende hoeveelheid troep, roest, modder en… tja… wat eigenlijk niet? Werkelijk alle hoekjes en gaatjes heeft hij moeten uitbikken en ook de versnellingsbak is in z’n geheel ‘in bad’ geweest om hem weer een beetje toonbaar te maken.
De remklauwen konden op één na allemaal gereviseerd worden met behulp van revisiesetjes die gelukkig in deze maat nog te koop waren. Het vierde exemplaar was ‘afkeur’ maar kon vervangen worden dankzij de vader van Job, die ooit een complete achteras van een Rio in zijn schuur bewaard had (!?) en ons een remklauw kon leveren. Wie wat bewaart, die heeft wat!
Er zal nog erg veel werk verzet moeten worden eer deze stakker eindelijk zijn benen weer kan strekken door ons land van Maas & Waal (en verder) maar het gaat ons lukken!
Update december 2020: inmiddels zit, na zeer veel inspanningen, het complete motorblok weer in elkaar en hebben we het op de werkbank met de hand al even laten draaien. Uiteraard is hierbij ook de klepspeling juist gezet (met zogenoemde ‘shims’; klepstelplaatjes) en de timing van de distributieketting. Die is gelukkig degelijk uitgevoerd, met een dubbele rij schakels.
In dit album alvast wat foto’s van de vorderingen.